1.2.10

Sabrina schrijft.

"De bloesemboom voor mijn raam, die vorige week nog zo fris en frivool oogde, lijkt ineens een stuk minder aantrekkelijk. Vermagerd door het ontbreken van de eens zo volle takken, de witte bloesemblaadjes dwarrelend naar beneden als de kleine vlokjes in een glazen sneeuwbol. De sneeuwbol, hard door elkaar geschud, de vlokjes vervolgens ongeorganiseerd neerkomend op de bodem, symboliseert mijn leven. Eerst lijkt alles kalm, een prachtig tafereel is te zien door de glazen wand, onaanraakbaar gemaakt en vervolgens ontstaat er een witte waas. Een waas die tijd nodig heeft om tot bedaren te komen, om te gaan liggen, waarna het normale weer terugkeert. Al maanden wacht ik tot ook míjn waas gaat liggen. Soms is het alsof zij zich heel even lijkt te berusten in haar lot, maar even snel stuiven de sneeuwvolkjes weer op en reduceert mijn zicht tot minimaal.
Ergens op een ochtend werd ik wakker en besefte ik dat mijn leven niet het succesvolle sprookje was waar ik als kind van droomde. Het leven is geen olijk kleurig prentenboek, geen vanzelfsprekendheid waarin de hoofdrolspelers nog lang en gelukkig leefden, zich weinig zorgen makend over de boze wereld om hen heen. Voor eens meisje als ik kan de toekomst nog wel eens voelen als een ongedefinieerde wirwar aan dromen en verwachtingen. Tot mijn pubertijd had ik daar nog niet zoveel moeite mee. Vrolijk en achteloos voer ik mee op de traag stromende rivier van moralen die mijn provinciestadje kende, mij weinig bezig houdend met de vraag hoe mijn leven er een decennia later uit zou zien. Zonder dat ik er erg in had was dat decennia voorbij en besefte ik dat er weinig ontdekt was buiten mijn eigen veilige kader. Een kader dat er tot nu in mijn ogen prima uit had gezien. Een kader waarin steeds diezelfde mensen terugkwamen, als een fotolijst waarin deze mensen zich constant bleven bewegen, steeds een andere plek innamen, maar nooit verdwenen. Een kader waarin steeds dezelfde handelingen centraal stonden, van het dagelijkse school gaan tot de wekelijkse stapavond naar steeds het zelfde café, met steeds dezelfde mensen en waar we dansten op steeds dezelfde muziek. En in principe was dat prima zo. Alhoewel ik mij anders voelde als de rest, ging ik keurig mee met wat normaal gevonden werd. Ik was niet iemand die graag opviel, was niet mateloos populair, had niet noemenswaardig veel vriendinnen, maar was ook geen einzelgänger. Eigenlijk was ik best tevreden zo. Ik hoefde niet mijn uiterste best te doen om in de smaak te vallen of een image hoog te houden. Alles ging vrijwel vanzelf. Commentaarloos. Besefloos.
Wakker wordend op die koude winterochtend, voelde mijn wereld, welke ik ooit als immens en grenzeloos zag, belachelijk klein. Ik droomde die nacht dat ik een vogel was, vliegend over mijn eigen huis en zag mijzelf binnen zitten. Ik zat op de bank in mijn grijs katoenen joggingpak onder een geruite fleece deken, als een gedeprimeerde Bridget Jones, kijkend naar de eindeloze herhalingen van MTV-programma’s. Buiten was het donker, mijn ambities en toekomstperspectief symboliserend. Ik was alleen. Alleen in een huis die mij afschermde van alles wat er om mij heen gebeurde. Blijkbaar was deze droom mijn wake-up call, mijn wekker tot bewustwording, want toen ik wakker werd, zag ik mezelf als diezelfde vogel. Alleen had deze vogel jarenlang gevangen gezeten in een piepklein kooitje, misschien niet eens doorhebbend dat er meer was buiten die glanzende horizontale spijlen, maar naar gelang de tijd verstreek, nieuwsgierig wordend naar waar dat slotje precies voor diende. Ineens, out of the blue, was daar het besef dat er méér zou moeten zijn. Meer dan wat ik al kende, wat ik al wist en wat ik als vanzelfsprekend beschouwde. En daar lag ik, op diezelfde koude winterochtend, wachtend tot het deurtje zou worden geopend en ik zou kunnen uitvliegen."

To be continued.

(Woord van de schrijver)
Dit verhaal is een combinatie van feiten en fictie, dingen die ik daadwerkelijk gedaan heb en dingen die ik graag had willen doen, maar nooit heb durven doen. Het gaat over diegene ik ben, maar ook over iemand die ik graag had willen zijn. Een alter ego met net even iets meer lef en overwinningsdrang als ikzelf. Over daden en dromen. Het maken van keuzes. Het verstrijken van tijd.
Zie dit boek niet als een wankele vorm van schrijftherapie, een zelfhulpboek voor de auteur. Ik wil niemand helpen, dus jou ook niet, misschien alleen enigszins beroeren. Jou beter leren begrijpen, waarom wij meisjes zijn zoals we zijn. Ik wil je laten voelen hoe het is om aan een afgrond te staan en niet te springen, een drempel te moeten passeren die op het eerste gezicht veel te hoog lijkt, maar na de nodige inspanning ineens niet meer zo onoverwinnelijk lijkt.